aan de slag
Verwarm de oven voor op 180 graden Celsius. Fruit het uitje in wat eendenvet. Pluk in de tussentijd het vlees van de eendenboutjes. Meng 1 eetlepel sinaasappelsap met de eierdooier en zet afgedekt in de koelkast.
Haal het hartige taartdeeg uit de vriezer. Blus de ui met de rest van de sinaasappelsap en de sherryazijn af en laat de boel inkoken. Voeg de eend, het gedroogd fruit en de jeneverbessen toe. Breng op smaak met wat peper en zout. Meng alles even goed en laat afkoelen.
Zodra het deeg op kamertemperatuur is, neem je vier blaadjes waar je een bolletje van kneedt. Rol het deeg met een deegroller tot een mooie bodem, die je (ingevette) taart- of ovenschaal net overlapt. Snij het overtollige deeg weg. Schep de vulling op je bodem. Kwast wat sinaasappeleigeel op de randen en maak het dekseltje met de overige deeglapjes.
Bedek de vulling ermee en vouw de randjes mooi om. Druk met een vorkje de rand nog eens goed aan en besmeer de bovenkant van het pasteitje met eigeel. Rasp wat van de sinaasappelschil en versier er het deeg mee.
Zet de pastei zo’n 25 a 35 minuten in de oven. Zelf bakte ik hem in 35 minuten, waarvan ik de laatste 5 minuten nog even de grill aanzetten, waardoor het deeg mooi goudbruin werd.